Onder een restauratie verstaan wij het herstellen van een gebouw in oorspronkelijke nieuwstaat.
Het verbouwen van een klassieke boerderij naar een woonboerderij is ook vaak een renovatie te noemen.
Wij kunnen u tevens adviseren over subsidie verstrekkende instanties en gespecialiseerde architecten.
Natuur- en bakstenen oppervlakken van monumenten die aan de buitenlucht zijn blootgesteld, kunnen na verloop van tijd begroeid raken door algen, korstmossen en mossen.
Gescheurd metselwerk kunnen wij snel en eenvoudig herstellen volgens het Thor Helical Systeem (zie ook onder Filmpjes…). Door middel van dit systeem kunnen nagenoeg onzichtbare constructieve reparaties worden uitgevoerd.
Veelal leiden onjuist of niet uitgevoerde conserverings- en onderhoudswerkzaamheden tot problemen. Als nevenoorzaak hebben bijna alle schadebeelden de vochtproblemen gemeen.
Het herstellen van historische baksteenconstructies vraagt veel inzicht in de achtergronden van het ontstaan van de schade.
Schade aan historische baksteenconstructies kan zich op verschillende wijzen manifesteren. Scheurvorming is de meest in het oog lopende, maar het afzanden, afpoederen, schilferen en afbrokkelen van de baksteen is even sprekend.
Herstel van voegwerk
De voeg is het zichtbare deel van de mortel (de verharde specie) tussen de stenen van het metselwerk. Hiermee worden openingen tussen de stenen zodanig afgesloten, dat indringen van water zoveel mogelijk wordt voorkomen.
Voegwerk bestaat uit stootvoegen (staande voegen) en lintvoegen (liggende voegen).
Tot het midden van de 19de eeuw en soms ook daarna nog werd metsel- en voegwerk gelijktijdig met dezelfde specie uitgevoerd.
Injecteren
Indien er sprake is van aanzienlijke aantasting door huiszwam en als de houten delen behouden moeten worden en er zelfs nieuw hout moet worden aangebracht, dan dient een bestrijdingsmiddel in de muur zelf aangebracht te worden. Dit kan door middel van de boorgatenimpregnering of door middel van injecteren. Hiervoor worden 16 tot 20 gaten per strekkende meter geboord met een diameter van 16 tot 20 mm. Circa 2/3 van de wand wordt doorboord. De gaten worden schuin naar beneden geboord. Indien het middel in het metselwerk of in een wand geïnjecteerd moet worden, dan worden injectienippels gebruikt, welke in de geboorde gaten worden aangebracht, en vervolgens wordt de vloeistof onder druk via de nippels in de wand geperst.
De druk, waarmee geïnjecteerd wordt is afhankelijk van de gevelstructuur. Indien de vloeistof drukloos wordt aangebracht, dan moeten de boorgaten herhaalde malen gevuld worden totdat verzadiging optreedt.
Afwerking
Uitgekrabde voegen en boorgaten worden na het aanbrengen van de bestrijdingsvloeistoffen gevuld met een speciale boorgatenvuller. Ook kan de wand eventueel bepleisterd worden met een speciale aanbrandmortel.